Brandaan en zijn reisgenoten komen bij een eiland waar het helemaal donker is. De grond is bedekt met goud en edelstenen. Een beekje leidt hen naar een prachtige burcht vol kostbaarheden, waar het altijd licht is en waar alles groeit en bloeit. Voor de burcht ontspringt een bron met vier stromen: wijn, melk, olie en honing. |
|